Als je auto flink beschadigd is, kan hij total loss zijn. De verzekeraar van je auto mag zelf bepalen wanneer een auto als total loss behandeld wordt. In de polisvoorwaarden van je autoverzekering is dat meestal te lezen onder het kopje ‘totaal verlies’. Er zijn drie soorten van total loss.

Technisch total loss

Technisch total loss is een eenvoudig begrip. Is je auto niet meer te herstellen na een schade? Dan spreken we van een auto die technisch total loss is. Bij oudere auto’s is de kans wat groter om snel technisch total loss te worden verklaard. Het kan namelijk gebeuren dat bepaalde belangrijke onderdelen van oude auto’s niet meer verkrijgbaar zijn.

Economisch total loss

Zijn de kosten voor het repareren van je auto hoger dan de dagwaarde van je auto vóór het ontstaan van de schade? Dan kun je spreken van economisch total loss. Verzekeraars kiezen er in dat geval voor om de auto niet meer te laten repareren.

Vaak kun je kiezen: of de verzekeraar keert de dagwaarde autouit en houdt de auto. Hij probeert je auto dan door te verkopen (bijvoorbeeld voor het materiaal of de onderdelen die nog wel werken) om zijn verlies zoveel mogelijk te beperken. Je kunt er ook voor kiezen om de auto zelf te houden. De verzekeraar keert dan het schadebedrag uit.

Rekenvoorbeeld schadebedrag

Wat het schadebedrag precies is, kun je uitrekenen. Stel de dagwaarde van je auto was 1.400 euro vóórdat de schade ontstond. De waarde van je auto na de schade is nog maar 600 euro. Het schadebedrag is dan 1.400 – 600 = 800 euro. Dat krijg je van je verzekeraar als je je auto wilt houden. Je kunt proberen om je auto voor dat geld te (laten) repareren. Laat je de auto innemen door je verzekeraar? Dan krijg je 1.400 euro, maar dan heb je geen auto meer.

Constructive total loss

Technisch total loss en economisch total loss zijn de bekendste vormen. Maar je hebt ook nog constructive total loss. Daar wordt van gesproken als de reparatiekosten hoger zijn dan 75% van het verzekerde bedrag.