Geen ‘gesprekskosten’ meer bij apotheek
Hoera, minder duidelijkheid over zorgkosten!

Een grote frustratie bij zowel apothekers als patiënten: de zes euro gesprekskosten die gerekend worden wanneer je medicijnen ophaalt. Patiënten voelen zich opgelicht omdat ze betalen voor een gesprek dat niet nodig was of zelfs niet plaatsgevonden heeft, en apothekers krijgen op dagelijkse basis te maken met onbegrip en agressie omtrent deze kosten. Vanaf volgend jaar is dat verleden tijd. De gesprekskosten staan dan niet meer apart op de nota vermeld. Dat betekent overigens niet dat je ze niet meer betaalt.
Transparantie in de zorg: al jaren een heet hangijzer voor eenieder die zich druk maakt over de alsmaar stijgende zorgkosten. Van zorgverleners tot patiënten en de politiek, in principe is het voor iedereen prettig wanneer duidelijk is wat een behandeling of medicijn precies kost. In de praktijk is dat echter lang niet altijd het geval.
Hoe zit het nu?
Sinds begin 2014 staan de gesprekskosten apart op je nota vermeld. Haal je een doosje met voor jou nieuwe pillen bij de apotheek, dan ziet je rekening er ongeveer zo uit:
Eerder schreven we al hoe de verschillende kosten en diensten van je apotheek in elkaar steken. De gesprekskosten die nu geschrapt worden, betreft de ‘uitleg eerste gebruik’ of ‘eerste terhandstelling’ à € 6. Dat is het bedrag dat je betaalt wanneer je voor het eerst een nieuw medicijn ophaalt, en waar zowel apothekers als patiënten niet blij mee zijn.
Van kwaad tot erger
Het aparte tarief is in januari 2014 ingevoerd door de Nederlandse Zorg Autoriteit (Nza), om meer duidelijkheid te geven over zorgkosten. Naar eigen zeggen was dit bij nader inzien een slecht plan. Bijna de helft van de apothekersassistenten heeft dagelijks danwel wekelijks te maken met agressie van patiënten die het gesprekstarief niet willen betalen. Dat is vijf keer zoveel als toen het tarief nog werd doorgerekend in de medicijnkosten.
Bovendien is het aantal medewerkers dat positief is over hun werk gedaald van 80 procent naar 20 procent. Patiënten vloeken en schelden, niet zeldzaam wordt het personeel ook bedreigd en geïntimideerd. De verandering op de nota is dan ook eerder een tegemoetkoming voor de apotheker, dan voor de patiënt. Voor de patiënt verandert er immers niet zoveel: het aparte tarief verdwijnt, maar wordt wél doorberekend. Het wordt alleen niet meer apart op de nota vermeld.
Dubieuze kosten
Dat apothekers betaald dienen te worden voor hun werkzaamheden, is logisch. Dat ze betaald worden door de mensen die van hun diensten gebruik maken is ook logisch. Een apotheek is immers geen filantropische instelling. Wat minder logisch is, is wanneer de kosten voor ‘eerste gebruik’ in rekening gebracht worden.
Zo gelden de extra kosten ook wanneer je een medicijn de afgelopen 12 maanden niet gebruikt hebt, of wanneer de dosis of het merk van je medicatie aangepast wordt. Kortom: gebruik je al jaren een medicijn tegen reuma en ga je van 50mg naar 25mg per dag, dan telt dat als een ‘eerste gebruik’ en betaal je € 6 extra. Of je nu wel of niet sprake is van extra uitleg.
Het onderliggende probleem
En dat betekent dat deze verandering eigenlijk niets oplost. Natuurlijk, het gemor van ontevreden patiënten zal afnemen. En dat is nodig, want een vervijfvoudiging van agressie aan de apothekersbalie is van de gekke. Het échte probleem zit echter elders. Een groot deel van de patiënten zal namelijk best willen betalen voor een gesprek, áls ze dat gesprek ook echt nodig hebben. En dat is vaak niet zo.
Patiëntenfederaties ontvangen dagelijks klachten over apothekers die enkel het etiket voorlezen (‘driemaal daags voor de maaltijd een tablet met water innemen’) of verwijzen naar de bijsluiter. In dat geval is nauwelijks sprake van een kundige uitleg. En dáár zit het ‘m in, mensen willen geen € 6 betalen voor het voorlezen van het etiket. Krijg je echter een zinvolle uitleg over gebruik, bijwerkingen en andere aandachtspunten, dan is een vergoeding daarvoor geen probleem.
De zes euro gesprekskosten zijn berucht onder zowel patiënten als apothekers. Patiënten willen een kundige apotheker, met kennis van zaken en voldoende tijd en aandacht wanneer dat nodig is. Apothekers willen gewoon hun werk kunnen doen, zonder continu aangesproken te worden op al dan niet terechte gesprekskosten en zéker zonder een constante dreiging van agressie. Een administratieve wijziging van de rekening lost dat niet op. Het verbeteren van de informatievoorziening van apotheker aan patiënt zou wat dat betreft veel waardevoller zijn.