Nieuws

Hoe eng een inflatiespook eigenlijk is...

Inflatie: is dat nou erg of niet?

donderdag 5 juni 2014
Hoe eng een inflatiespook eigenlijk is...

Het inflatiespook. Een term die stamt uit economieboeken. Niet de meest boeiende lectuur voor de gemiddelde lezer. Toch bepaalt de inflatie wat jij kunt kopen voor je geld. Is de inflatie laag, dan stijgen de prijzen van producten en diensten niet veel. Met andere woorden, jouw geld blijft zijn waarde behouden. Positief zou je denken. De Europese Centrale Bank (ECB) denkt daar echter anders over. Die stelt alles in het werk om te voorkomen dat de inflatie daalt naar een te laag niveau. Waarom doet de toezichthouder dat?

De ECB ziet het liefst dat de inflatie ongeveer twee procent per jaar bedraagt. Hier is op dit moment geen sprake van. De teller schommelt rond de 0,6 procent.

Waarom is het zo'n probleem?
Stel je wilt een nieuwe auto kopen en je weet dat deze over zes maanden in prijs gestegen is. In dat geval stel je de aankoop niet langer uit om de prijsstijging voor te zijn. De dreigende inflatie zorgt voor stijgende verkopen, niet alleen bij de autodealer.

Dit werkt twee kanten op. Als je weet dat dezelfde auto over zes maanden juist voordeliger is, stel je bij voorkeur de koop nog even uit. Om deze reden is de ECB huiverig voor minimieme prijsstijgingen of zelfs prijsdalingen. Mensen sparen dan meer en geven minder uit. Dat is slecht voor de economie.

Inflatie sinds 2012
Inflatie Sinds 2012










Wat valt er aan te doen?
De ECB kan op verschillende manieren inflatie aanwakkeren. Één daarvan is tegen een lage rente geld uit lenen aan banken. Die kunnen het geld vervolgens weer voordelig aan hun eigen klanten uitlenen. Het gevolg, er wordt meer uitgegeven en de prijzen stijgen door de toenemende vraag. Het probleem is alleen dat de banken nu al tegen een historisch lage rente lenen. Dit terwijl jij als klant daar niet altijd van profiteert. Met andere woorden, het voordeel voor de banken komt maar mondjesmaat in de 'echte economie' terecht.

Negatieve rente
Banken lenen niet alleen geld bij de ECB, ze stallen het er soms ook. Bijvoorbeeld geld wat ze op korte termijn misschien nodig hebben, maar dat op het moment zelf niet gebruikt wordt. Het is voor de banken veilig om dit even achter te laten bij de ECB. De toezichthouder kan dit onaantrekkelijk maken door een negatieve rente te hanteren. De banken moeten dan de ECB betalen om het geld te stallen in plaats van dat ze er een vergoeding voor krijgen.

Het idee hierachter is dat banken in dat geval het geld toch liever uitlenen aan klanten, omdat dit wel geld oplevert. Zoals bij iedere maatregel is het de vraag of het werkt. Uiteindelijk laten banken zich lastig sturen.

Overnemen van leningen
Nog een optie is dat de ECB leningen overneemt die banken hebben verstrekt aan bedrijven. De banken zijn dan van het risico op deze leningen af en hebben weer ruimte om meer uit te lenen. Een maatregel die de ECB niet graag neemt. Als een onderneming niet meer kan betalen, is de toezichthouder de dupe. Daarnaast staat dit gelijk aan het bijdrukken van geld, iets wat meer past bij de Amerikanen.

Dat prijzen niet hard stijgen, valt te accepteren. Prijsdalingen (deflatie) ligt echter op de loer. Omdat ook jij in dat geval aankopen weleens uit zou kunnen gaan stellen, is dit een nachtmerrie voor de ECB. De toezichthouder neemt dan ook verstrekkende maatregelen om inflatiespook te temmen.

Voor een optimale gebruikservaring maakt Wegwijs.nl gebruik van Cookies. Accepteren Meer informatie