Vermogensbelasting onredelijk hoog!
Spaarrendement gaat op aan belasting

De rente op onze spaarrekening is schrikbarend laag. Zo laag dat ons gehele spaarrendement opgaat aan vermogensbelasting. Dat gaat de Bond voor Belastingbetalers te ver. Deze verder relatief onbekende bond trok plotseling de aandacht door aan te sturen op een rechtszaak. Doel: de oneerlijke vermogensbelasting terugdringen. En dat is terecht: de maatregel is niet meer van deze tijd.
Hoe zit het precies? Over je spaargeld betaal je 30%
vermogensbelasting over een fictief rendement van 4%. Omgerekend
betaal je dus 1,2% belasting over je spaargeld boven een drempel
van € 21.139 per persoon. Bij partners het is die drempel € 42.278.
Deze belasting is in 2001 bedacht door toenmalig Staatssecretaris
Vermeend. Destijds leek 4% rendement haalbaar.
Spaarbelasting veel te hoog
Inmiddels in 2014 krijg je nog 1,8% rente als je heel goed
vergelijkt en 1,2% als je niet goed omkijkt naar je spaargeld. Die
1,2% is exact even hoog als het bedrag dat we aan belasting moeten
betalen. Ofwel: ons rendement bóven de drempel gaat geheel naar de
overheid.
Rekenvoorbeeld
Je hebt als gezin € 65.000 aan spaargeld. Je kreeg hierover in
2013 1,2% rente = € 780. Over het gedeelte boven € 42.278 moet je
1,2% aan spaarbelasting betalen = € 273. Je houdt dan nog € 507
over. Dat is wat je geld in een jaar tijd meer waard wordt.
Ter vergelijk: in 2013 is alles wat je gekocht hebt 2,5% duurder
geworden (inflatie). Om net zoveel te kunnen kopen als een jaar
geleden had je spaargeld moeten groeien naar € 66.300. In
werkelijkheid is het gegroeid naar € 65.507. In 2014 kun je dus als
het ware voor bijna € 800 minder aan spullen kopen dan in 2013.
Deels door deze vermogensbelasting.
Voor de belastingdienst geen crisis
De rendementsheffing treft overigens niet alleen spaarder. Ook
beleggers hebben in de crisis een flinke klap gehad op de beurzen.
In 2008 daalde de beurskoers met 52,32%. Desondanks moest het jaar
erna gewoon belasting worden betaald over een fictief rendement van
4%.
Hoe op te lossen?
Eind 2011 bracht Wegwijs het onderwerp ter sprake bij de
oud-Staatssecretaris. Die zag destijds geen reden tot aanpassing.
"Het is crisis, dus de minister (toen nog Jan Kees de Jager) heeft
andere prioriteiten. En ik geef hem gelijk". Dat die crisis ook de
gewone Nederlander trof, liet Vermeend buiten beschouwing. Als
eventueel toekomstig alternatief stelde hij voor de belasting te
baseren op het échte rendement van de afgelopen 10 jaar.
Zo'n tienjaarsgemiddelde, of beter nog, het gemiddelde
rendement van de afgelopen 5 jaar, is eerlijker. In de praktijk
betalen twee miljoen mensen vermogensbelasting, waarvan er 800.000
via sparen en 1,2 miljoen via beleggen. Zeker voor spaarders is
deze belasting gewoon té hoog en dus oneerlijk. Tijd voor een
pittige discussie in Den Haag.