Overzicht bezuinigingen Prinsjesdag: wat kost het jou?
Gevolgen direct voelbaar in portemonnee

Volgende week is het Prinsjesdag. Naast een berg rare hoedjes en de eerste troonrede van onze nieuwe koning, is er maar één onderdeel écht belangrijk: de rijksbegroting. Die begroting kleurt komende editie rood. Een nieuwe ronde aan stevige bezuinigingen raakt iedereen. In dit eerste deel van de special rondom Prinsjesdag: de belangrijkste maatregelen die we nu al kennen.
Bestonden de vorige bezuinigingen voor een gedeelte nog
uit maatregelen die de portemonnee niet direct raakten, zoals
bijvoorbeeld een bezuiniging op cultuur en ontwikkelingswerk, deze
ronde gaan we de bezuinigingen wél direct voelen in onze
portemonnee.
1) Inkomen hoger dan € 55.991: geen heffingskorting
meer
De heffingskorting à € 2.001 verdwijnt voor mensen die meer dan
anderhalf keer een modaal inkomen verdienen. De heffingskorting is
heel simpel een belasting die je niet hoeft te betalen. Stel: je
verdient € 65.000 bruto per jaar. Je betaalt dan aan
inkomstenbelasting: € 27.219. Maar daar krijg je in principe weer €
2.001 van terug. Het kabinet wil dat laatste nu laten vervallen in
stapjes per jaar. Voor de hogere inkomens betekent dat dus dat er
maandelijks € 167 extra naar de overheid gaat.
Nog niet duidelijk is of je die € 2.001 in één keer kwijt bent als
je inkomen 'te hoog' is. Mogelijk wordt er met schijven gewerkt,
waardoor je bij een kleine overschrijding van het maximumbedrag nog
steeds een deel van de heffingskorting ontvangt.
2) Oudere kinderen, minder kinderbijslag
Momenteel geldt: hoe ouder je kind, hoe meer kinderbijslag. Die
regeling komt te vervallen, ook weer in kleine stapjes per jaar.
Voor kinderen tot 6 jaar ontvang je nu nog € 63,90 per maand. De
vergoeding voor kinderen van 6 tot 12 jaar is € 77,60 per maand en
voor kinderen van 12 tot 17 jaar € 91,30 per maand. Dat tarief gaat
nu voor elk kind gaat nu terug naar € 63,90. Ofwel: een gezin
met drie kinderen van 11, 13 en 16 jaar ontvangt ieder kwartaal €
205,50 minder. In welke stappen deze afbouw plaats zal gaan
vinden is nu nog niet bekend
3) Belastingverhoging voor inkomens boven € 33.363 per
jaar ( = € 2.574 per maand)
In de derde belastingschijf betalen mensen nu 42% belasting. Die
schijf heeft betrekking op het inkomen van € 33.363 tot € 55.991
per jaar, ofwel mensen die net boven het modale inkomen uitkomen.
Dit tarief wil de overheid verhogen naar 46%. Dat betekent dat er
maandelijks tot € 75 extra naar de belastingdienst gaat, en niet op
je bankrekening terecht komt.
4) Ontslagvergoeding fiscaal
onaantrekkelijker
Op dit momenten is het mogelijk een ontslagvergoeding
onder te brengen in een losse BV om zo de hoge belastingaanslag van
de eenmalig hoge uitkering te verzachten. Stel: je verdient €
50.000 per jaar en je krijgt éénmalig € 50.000 als
ontslagvergoeding. Dan is je inkomen dat jaar dus € 100.000. Voor
ongeveer de helft van dit bedrag betaal je dan het hoogste
belasting (52%). Als je deze uitkering stort in een BV en ervoor
zorgt dat die BV jouw salaris in kleine stukje verdeelt, kun je de
hoge belastingaanslag voorkomen. Dat wil de overheid terugdraaien.
Wie een ontslagvergoeding krijgt, gaat dus veel minder
overhouden.
5) Belastingdienst betaalt minder mee aan
pensioen
Je mag in de toekomst niet meer 2,25%, maar slechts 1,75%
van je brutosalaris fiscaal gunstig opbouwen voor je pensioen. Deze
maatregel is moeilijk uit te leggen. Aan de hand van een
rekenvoorbeeld betekent dit ongeveer het volgende: je verdient bij
aanvang van je carrière € 2.300 per maand. Aan het eind € 5.100.
Gemiddeld verdiende je € 3.700. Heb je optimaal gebruik gemaakt van
de fiscale mogelijkheden, dan valt je inkomen ná pensioenleeftijd
in de huidige situatie terug naar € 3.460. In de nieuwe situatie is
dit € 2.950. Je pensioen
gaat er dus maandelijks € 510 (!) op achteruit, nog bovenop het
verschil met je laatstverdiende salaris.
6) Belastingvrij schenken tot € 100.000
Voor de happy few ook nog wat positiefs. Ouders die een
bedrag aan hun kinderen (tussen 18 en 35 jaar) willen schenken
mogen dat tot € 100.000 belastingvrij doen. Ouders mogen tot op
heden 'zonder doel' eenmalig een bedrag van € 24.676 belastingvrij
schenken. Als het bedrag wordt geïnvesteerd in een woning, loopt
dit bedrag op naar € 51.407. De overheid wil dat laatste bedrag nu
verhogen naar € 100.000. In de huidige situatie heb je nog te maken
met schenkbelasting à 10%. Je voordeel door de nieuwe regel is
daardoor € 100.000 -/- € 51.407 = € 48.593 * 10% = €
4.859.
Het is nog niet duidelijk of deze verhoogde schenkfaciliteit ook
geldt voor mensen die al eerder van deze schenkmogelijkheid gebruik
hebben gemaakt.
De hoofdlijn is duidelijk: iedereen gaat erop achteruit.
Gezinnen met een gemiddeld hoger inkomen en meerdere kinderen
zullen de maatregelen hard in hun portemonnee gaan voelen. De vraag
blijft echter of de voorgestelde maatregelen uiteindelijk ook
wetgeving worden. Want de oppositie is niet blij met de plannen en
in de Eerste Kamer heeft het kabinet geen meerderheid. Wordt
vervolgd....
Zie ook het vervolg op dit artikel:
Overzicht bezuinigingen: Wat kost het jou? Deel 2