Rommelen voor stabiel pensioen
Dekkingsgraad te manipuleren?

Pensioenfondsen deinen mee op de golven van de conjunctuur. Gaat het goed met de economie dan zijn de rendementen hoog en stijgt de uitkering mee met de inflatie. Is er economische tegenwind dan moeten werkenden meer inleggen en kan er aan gepensioneerden minder uitgekeerd worden. Dat meeschommelen met de conjunctuur komt door de manier waarop pensioenfondsen moeten berekenen hoeveel geld ze over tientallen jaren in kas zullen hebben om de uitkeringen van te betalen. Omdat de zware pensioenpotten zo meebewegen met de economie, versterken ze ook nog eens de effecten van een crisis. Kan dat niet anders? In het nieuwe sociale akkoord hebben werkgevers en werknemers een voorstel gedaan.
Hoe zat het ook al weer? Pensioenfondsen
hebben financiële verplichtingen naar de deelnemers die geld
inleggen. Omdat de verplichtingen in de verre toekomst liggen, is
het niet eenvoudig te berekenen hoeveel de inleg van de deelnemers
over al die jaren waard zal zijn. Voorheen mochten pensioenfondsen
uitgaan van een gemiddeld rendement van ongeveer 4 procent per jaar
op toekomstige beleggingen. De overheid vond dat echter te onzeker
en verordonneerde dat de rente om mee te rekenen gelijk moest zijn
aan de rente op Nederlandse 10-jaars staatsleningen. De Nederlandse
rente op staatsleningen (ook wel de marktrente genoemd) is
tegenwoordig zeer laag omdat het in tijden van crisis als veilige
belegging populair is bij investeerders. Dat betekent dat
pensioenfondsen nu weliswaar mooie rendementen kunnen schrijven,
maar toch op de lange termijn een te lage
dekkingsgraad hebben.
Rente niet meer van economie afhankelijk
Het idee van de werkgevers- en werknemersorganisaties is om weer
één stabiel rentepercentage te gaan gebruiken, dat toch gebaseerd
is op de rente op de Nederlandse staatslening. De constructie werkt
als volgt: de uitkeringen die de fondsen in het vooruitzicht
stellen, zijn tegenwoordig slechts ambities (niet gegarandeerd) en
geen harde verplichtingen meer. Het risico dat er te weinig geld is
voor het uitkeren van de pensioenen ligt niet meer bij het
pensioenfonds maar bij de deelnemer. Hierdoor kan een fonds met
meer risico beleggen, met kans op meer winst. In de prognoses
kunnen volgens de werkgevers- en werknemersorganisaties dus prima
wat extra procentpunten bij de marktrente worden opgeteld. Dat
noemen ze een risico-opslag.
Als die risico-opslag nu al wordt meegewogen, dan zijn de
dekkingsgraden in één klap weer op niveau. Maar men wil ook graag
dat de pensioenen bestand zijn tegen de inflatie. Er moeten dus
jaarlijks ook wat procentpunten vanaf. Dus de huidige rente op
staatsleningen + de risico-opslag - toekomstige inflatie = nieuwe
rekenrente. De onderhandelaars van werkgevers en werknemers stellen
zo voor dat de uitkomst van die rekensom ongeveer gelijk is aan de
actuele staatsleningrente waar nu mee gerekend wordt. Dan is de
vraag waarom we zo graag willen optellen en aftrekken als we toch
uitkomen op een gelijk percentage. Welnu, de risico-opslag en de
toekomstige inflatie zijn niet objectief meetbaar. Die moeten door
iemand vastgesteld worden. Werkgevers en werknemers willen een
commissie instellen die deze variabelen mag gaan vaststellen.
Kunst- en vliegwerk
Als die commissie in tijden van hoogconjunctuur een lage
risico-opslag en hoge inflatieverwachting 'vaststellen', dan drukt
dat de prognoses. Andersom kan er in tijden van laagconjunctuur een
lager inflatiecijfer worden vastgesteld en een hogere
risico-opslag. Op die manier kan zo'n commissie de
conjunctuurgevoeligheid uit de uiteindelijke rekenrente
halen.
Al met al en hoop kunst- en vliegwerk om hetzelfde te
bereiken als we voor het huidige pensioenstelsel hadden: een vast
rentepercentage om mee te rekenen. Alleen met de kanttekening dat
het risico op verlies niet meer bij het fonds ligt. De regering
heeft dit deel van het sociaal akkoord overigens slechts voor
kennisgeving aangenomen. Het is zeer de vraag of er wil is om het
in te voeren. Het zou veel gemakkelijker zijn om opnieuw een vaste
rekenrente te gaan gebruiken. Dan hoeft er ook geen dure, voor bank
spelende commissie te worden ingesteld.