Nieuws

Rommelen voor stabiel pensioen

Dekkingsgraad te manipuleren?

dinsdag 16 april 2013
Rommelen voor stabiel pensioen

Pensioenfondsen deinen mee op de golven van de conjunctuur. Gaat het goed met de economie dan zijn de rendementen hoog en stijgt de uitkering mee met de inflatie. Is er economische tegenwind dan moeten werkenden meer inleggen en kan er aan gepensioneerden minder uitgekeerd worden. Dat meeschommelen met de conjunctuur komt door de manier waarop pensioenfondsen moeten berekenen hoeveel geld ze over tientallen jaren in kas zullen hebben om de uitkeringen van te betalen. Omdat de zware pensioenpotten zo meebewegen met de economie, versterken ze ook nog eens de effecten van een crisis. Kan dat niet anders? In het nieuwe sociale akkoord hebben werkgevers en werknemers een voorstel gedaan.

Hoe zat het ook al weer? Pensioenfondsen hebben financiële verplichtingen naar de deelnemers die geld inleggen. Omdat de verplichtingen in de verre toekomst liggen, is het niet eenvoudig te berekenen hoeveel de inleg van de deelnemers over al die jaren waard zal zijn. Voorheen mochten pensioenfondsen uitgaan van een gemiddeld rendement van ongeveer 4 procent per jaar op toekomstige beleggingen. De overheid vond dat echter te onzeker en verordonneerde dat de rente om mee te rekenen gelijk moest zijn aan de rente op Nederlandse 10-jaars staatsleningen. De Nederlandse rente op staatsleningen (ook wel de marktrente genoemd) is tegenwoordig zeer laag omdat het in tijden van crisis als veilige belegging populair is bij investeerders. Dat betekent dat pensioenfondsen nu weliswaar mooie rendementen kunnen schrijven, maar toch op de lange termijn een te lage dekkingsgraad hebben.

Rente niet meer van economie afhankelijk
Het idee van de werkgevers- en werknemersorganisaties is om weer één stabiel rentepercentage te gaan gebruiken, dat toch gebaseerd is op de rente op de Nederlandse staatslening. De constructie werkt als volgt: de uitkeringen die de fondsen in het vooruitzicht stellen, zijn tegenwoordig slechts ambities (niet gegarandeerd) en geen harde verplichtingen meer. Het risico dat er te weinig geld is voor het uitkeren van de pensioenen ligt niet meer bij het pensioenfonds maar bij de deelnemer. Hierdoor kan een fonds met meer risico beleggen, met kans op meer winst. In de prognoses kunnen volgens de werkgevers- en werknemersorganisaties dus prima wat extra procentpunten bij de marktrente worden opgeteld. Dat noemen ze een risico-opslag.

Als die risico-opslag nu al wordt meegewogen, dan zijn de dekkingsgraden in één klap weer op niveau. Maar men wil ook graag dat de pensioenen bestand zijn tegen de inflatie. Er moeten dus jaarlijks ook wat procentpunten vanaf. Dus de huidige rente op staatsleningen + de risico-opslag - toekomstige inflatie = nieuwe rekenrente. De onderhandelaars van werkgevers en werknemers stellen zo voor dat de uitkomst van die rekensom ongeveer gelijk is aan de actuele staatsleningrente waar nu mee gerekend wordt. Dan is de vraag waarom we zo graag willen optellen en aftrekken als we toch uitkomen op een gelijk percentage. Welnu, de risico-opslag en de toekomstige inflatie zijn niet objectief meetbaar. Die moeten door iemand vastgesteld worden. Werkgevers en werknemers willen een commissie instellen die deze variabelen mag gaan vaststellen.

Kunst- en vliegwerk
Als die commissie in tijden van hoogconjunctuur een lage risico-opslag en hoge inflatieverwachting 'vaststellen', dan drukt dat de prognoses. Andersom kan er in tijden van laagconjunctuur een lager inflatiecijfer worden vastgesteld en een hogere risico-opslag. Op die manier kan zo'n commissie de conjunctuurgevoeligheid uit de uiteindelijke rekenrente halen.

Al met al en hoop kunst- en vliegwerk om hetzelfde te bereiken als we voor het huidige pensioenstelsel hadden: een vast rentepercentage om mee te rekenen. Alleen met de kanttekening dat het risico op verlies niet meer bij het fonds ligt. De regering heeft dit deel van het sociaal akkoord overigens slechts voor kennisgeving aangenomen. Het is zeer de vraag of er wil is om het in te voeren. Het zou veel gemakkelijker zijn om opnieuw een vaste rekenrente te gaan gebruiken. Dan hoeft er ook geen dure, voor bank spelende commissie te worden ingesteld.

Voor een optimale gebruikservaring maakt Wegwijs.nl gebruik van Cookies. Accepteren Meer informatie