Huiseigenaar betaalt teveel aan ozb
Gemeenten lappen maximum aan hun laars

De rijksoverheid heeft met alle Nederlandse gemeenten afgesproken met welk percentage de opbrengsten uit de onroerendezaakbelasting (ozb) dit jaar mogen stijgen: 2,76 procent. Hoewel dat percentage geldt als de absolute bovengrens, blijkt de stijging dit jaar toch uit te komen op 3,86 procent. Dat berekende het onderzoeksinstituut van de Rijksuniversiteit Groningen. Hoewel de Vereniging van de Nederlandse Gemeenten (VNG) zelf medeverantwoordelijk is voor de afspraken, noemt ze de stijging 'zorgelijk'. Het is het tweede jaar op rij dat de maximumnorm door de gemeenten wordt overschreden.
Het vervelende aan de OZB is dat het een verplichte belasting
aan de gemeente is, waar je als huiseigenaar niet onderuit komt. De
hoogte van de OZB wordt bepaald door de gemeente, aan de hand van
de WOZ-waarde van de woning. Deze waarde
wordt sinds 2008 ieder jaar opnieuw vastgesteld, door dezelfde
gemeente welteverstaan. Je bent dan ook overgeleverd aan de grillen
van de gemeenten.
Papieren tijger
Minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk kan slechts in
gesprek met de VNG. De minister heeft aangekondigd dat hij de
overschrijding bij hen zal aankaarten. Maar daar blijft het
voorlopig bij. Er bestaat geen instantie die de gemeenten op de
vingers kan tikken wanneer zij besluiten de harde afspraken te
negeren. Een VNG-woordvoerder zegt in de Telegraaf dat dit
illustratief is voor de financiële situatie waarin gemeenten zich
bevinden. "Er is geen wethouder die de boeken in wil gaan als
ozb-verhoger, daar gaat een hoop discussie aan vooraf. Elke
gemeente moet bezuinigen en blijkbaar zijn er dan geen andere
mogelijkheden dan een ozb-verhoging."
De norm die geen norm is
Dat met elke overschrijding de commotie steviger wordt, neemt niet
weg dat de VNG-woordvoerder vermoedt dat ook volgend jaar het
maximum weer wordt overschreden. Binnen de norm blijven zou alleen
lukken als er een alternatieve inkomstenbron voor de ozb gevonden
wordt. Je kunt je afvragen waarom de overheid nog de moeite neemt
om afspraken te maken met de VNG, als die haar leden niet in de
hand heeft. De gemeenten hebben geen boodschap aan het rijk noch
aan de VNG. VVD-Kamerlid Pieter Litjens riep in februari Plasterk
al op om de gemeenten te korten op hun jaarlijkse
rijksbijdrage.
Meer taken
Toch is het niet helemaal verwonderlijk dat de gemeenten hun
belastingen laten stijgen. De rijksoverheid legt immers ook steeds
meer taken bij hen neer, bijvoorbeeld rondom de reguliere zorg, de
werkgelegenheid en de jeugdzorg. Bovendien is de daling aan de
inkomstenkant als gevolg van de crisis navenant. Dat het uit de
lengte of uit de breedte moet komen, is zo bezien helemaal geen
vreemd excuus. De oproep van Litjens is zelfs ongepast. Wat echter
niet uit te leggen valt, is dat het nu slechts de bezitters van een
eigen woning zijn die voor een sluitende begroting moeten zorgen.
Huurders betalen immers geen ozb.
De ozb-oplossing die de gemeenten kiezen om hun inkomsten op te krikken, is niet goed. Vooral omdat eenmaal opgehoogde belastingen zelden weer teruggedraaid worden in betere tijden. Het probleem moet juist worden aangekaart bij de rijksoverheid. De gemeenten hebben simpelweg te weinig variabelen beschikbaar om de gevolgen van hun maatregelen goed te verdelen. De rijksoverheid heeft die mogelijkheden wel. Het is daarom vooral jammer dat belangenorganisatie VNG blijkbaar niet de juiste snaar in Den Haag weet te raken om dat te bewerkstelligen. Jij als huiseigenaar bent daar nu de dupe van.