Woningeigenaren te positief over waarde eigen woning
Verkopers willen prijs niet verlagen

Makelaars wijzen verkopers van een woning er al tijden op dat realistisch prijzen loont. Met andere woorden, een te hoge prijs houdt kopers buiten de deur. Toch is het een drempel om voortdurend de prijs maar te verlagen om interesse te wekken. Zeker omdat verkopers sowieso een te positief beeld hebben van de waarde van hun woning. Onderzoek van de Nederlandsche Bank (DNB) bevestigt dit. Een aanzienlijk deel van de woningeigenaren denkt zelfs dat hun woning nog hetzelfde oplevert als enkele jaren geleden. Een vrij naïef beeld.
Het Kadaster meldde recent een gemiddelde woningwaarde van € 216.721. Hiermee rapporteert de organisatie een fors lagere prijs dan de € 248.424 in juli vorig jaar. Ook in juli 2009, toen de vanuit Amerika overgewaaide crisis nog volop rondwaarde, ontvingen verkopers fors meer voor hun huis (€ 235.361).
Woningeigenaren te positief
DNB onderzocht hoe eigenaren het verloop van de woningwaarde inschatten. In 2010 dacht nog 45 procent dat de waarde van hun woning in de twee voorgaande jaren gelijk was gebleven. Dit optimisme daalde in 2011, de laatste meting, naar 23 procent. Het is opmerkelijk dat er überhaupt woningbezitters zijn die denken ze nog hetzelfde ontvangen bij eventuele verkoop als twee jaar geleden. Wie zich even verdiept in de prijzen, komt er immers snel achter dat deze gedachte weinig reëel is. Het merendeel realiseert zich dat ook, in 2011 ging 70 procent uit van een daling in de twee voorgaande jaren. In 2008 was dit slechts 1 procent.
Toch wachten op de verlossende koper
De berichtgeving van de Nederlandse Bank is de belangrijkste redenen voor het feit dat huizenverkopers prijsverlagingen zo lang mogelijk uitstellen of zelfs helemaal niet doorvoeren. De meest voor de hand liggende is de angst om verlies te maken bij de verkoop. Verkopers hebben in hun hoofd een prijs die ze als minimum hanteren, zelfs als die eigenlijk niet realistisch is gezien de marktomstandigheden. Ze wachten - doorgaans tevergeefs - op de verkoper die toch deze minimumprijs betaalt. Een ander vreemd fenomeen is dat mensen hun eigen bezittingen altijd meer waard vinden dan die van een ander. Dit gaat zeker op bij woningen omdat daar een emotionele waarde aan te pas komt. Bijvoorbeeld de inrichting van de woning, de buurt en de woningstijl kunnen voor de bezetter van meerwaarde zijn, terwijl een potentiële koper dat heel anders kan zien.
Ook restschuld staat prijsverlaging in de weg
Ook het voorkomen van een restschuld is een reden om vast houden aan de vraagprijs. Liever niet verhuizen dan met een schuld blijven zitten, is daarbij de gedachte. Wanneer je verhuist naar een andere koopwoning kan de restschuld eventueel worden meegenomen in de nieuwe hypotheek. Banken zijn hier echter niet al te soepel in. Bij een hypotheek onder Nationale Hypotheekgarantie komt de restschuld in sommige gevallen niet voor rekening van de verkoper. Bijvoorbeeld in geval van echtscheiding of werkloosheid.
Wanneer verkopers hun prijs sneller neerwaarts bijstellen, heeft dit tot gevolg dat ook anderen hierop moeten reageren. Dit leidt tot een wedstrijd prijsverlagen. De neiging om vast te houden aan de vraagprijs, remt de neergang op de woningmarkt. Anderzijds is het nadeel dat de woningmarkt langer voort blijft modderen. Bij meer rigoureuze prijsverlagingen is de bodem eerder in zicht, evenals het herstel. Maar daar hebben verkopers natuurlijk geen boodschap aan, die zitten enkel met de vraagprijs in hun hoofd.