Aandelen bijna op de hoogste stand van het jaar
Nederlandse aandelen vijf procent meer waard in nog geen maand

De aandelenbeurs hikt tegen de hoogste stand van het jaar aan. Beleggers hebben de zorgen over de crisis in Europa in de afgelopen weken even aan de kant geschoven. Wie eind juli belegde in de Nederlandse beurs (AEX), heeft nu een rendement van meer dan vijf procent gemaakt. Daar kan geen spaarrekening tegenop. Het optimisme wordt deels veroorzaakt door goede resultaten van bedrijven. Ook de maatregelen van instanties als de Europese Centrale Bank (ECB) zorgen voor vertrouwen. Daarmee is de crisis in Europa alleen helaas nog niet voorbij.
De Nederlandse aandelenbeurs stond eind juli op een gemiddelde van 311 punten. Halverwege augustus staat er circa 330 op de teller. Een behoorlijke opmars. Zeker als we de stand van december vorig jaar erbij nemen. Destijds stond de AEX nipt boven de 271 punten en zat de schrik er bij beleggers goed in.
Overheden lenen voordeliger
Naast standaard zorgenkindje Griekenland houden beleggers met name Spanje en Italië nauwlettend in de gaten. De angst bestaat dat de overheden van de zuidelijke landen in de toekomst niet meer in staat zijn om leningen terug te betalen. Naarmate deze angst groter is, zijn investeerders minder snel bereid om nog geld te lenen aan de betreffende landen. En als ze het al doen, willen ze er vanwege het hogere risico ook een hogere rentevergoeding voor terug. Op dit moment betaalt de Spaanse overheid 6,96 procent bij een lening van tien jaar. De Italianen betalen 5,9 procent. Dat zijn hoge rentes, maar nog altijd minder dan de respectievelijk 7,62 en 6,6 procent die ze enkele weken terug betaalden.
Nederland blijft betrouwbaar
Dat de rentes van de probleemlanden zijn gedaald, is goed nieuws. Bij een rente boven de zeven procent komt een land steeds verder in de problemen. Het levert namelijk zo veel extra rentelasten op dat een overheid niet lang in staat is dit te compenseren met inkomsten uit bijvoorbeeld belastingen. Dat Nederland als een stuk betrouwbaarder wordt gezien, blijkt wel uit de rente die de overheid betaalt. Bij een lening met een looptijd van tien jaar betaalt Nederland nog geen 1,7 procent.
Waar komt het enthousiasme op de beurs vandaan?
Gaat het opeens beter in Italië, Spanje of Griekenland? Nee, dat is helaas niet het geval. De werkgelegenheid en bedrijvigheid is nog steeds zorgwekkend laag. Ook werkt bijvoorbeeld in Spanje de vastgeroeste woningmarkt niet mee. Eerder al kreeg het land financiële steun om overeind te blijven.
Het toegenomen vertrouwen is grofweg te danken aan twee zaken. Allereerst de winstcijfers van beursgenoteerde Nederlandse bedrijven, die in veel gevallen boven verwachting zijn. Deze cijfers zijn belangrijk omdat het een indicatie is van de gevolgen die de crisis in Europa heeft op de verkoopcijfers. Daarnaast gaf de ECB onlangs aan er alles aan te doen om de crisis te bezweren. Dit 'alles' houdt met name in dat banken en overheden een lening kunnen ontvangen wanneer ze niet meer op een andere manier aan geld kunnen komen.
In eerste instantie reageerden beleggers teleurgesteld op de aangekondigde plannen van de ECB. Toch is de rust op de aandelenmarkten wat terug. De rentes op leningen voor de Spaanse en Italiaanse overheden zullen echter nog verder moeten dalen. Om dat te bereiken is het nu de beurt aan die landen om aan te tonen dat ze in staat zijn om de economie weer op de rails te krijgen. Zo niet, dan is het moeizaam tot stand gekomen vertrouwen ongetwijfeld weer snel weggeëbd.