Ouderenzorg wordt onbetaalbaar
Extra bijleggen of eigen netwerk aanspreken voor eenvoudige zorg

Oproer in zorgland. We moeten zelf verantwoordelijkheid nemen voor de zorg die we nodig hebben. De standaard vergoeding van zorgkosten moet beperkt worden tot steun bij zware problemen en ziektes. Voor overige zaken dienen we zelf te betalen of familie en vrienden in te schakelen. Dat stelt de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg (RVZ). Vanmiddag presenteerden zij een advies aan het ministerie, gericht op zorg voor 'niet-redzame ouderen'. Dat de alsmaar stijgende zorgkosten spoedig niet meer te behappen zijn, is oud nieuws. Toch staat er nog geen solide plan voor de toekomst. Dit advies moet daar verandering in brengen.
De RVZ stelt dat we deels zelf verantwoordelijkheid nemen voor onze zorgkosten, zodat zorg voor niet-redzame ouderen (ouderen die zorg, wonen en welzijn niet zelf kunnen regelen) niet verschraald. Dat kan bijvoorbeeld door vooraf te sparen voor latere kosten en door het eigen netwerk in te zetten voor eenvoudige zorg (mantelzorg). Daarnaast acht men het van belang dat we rond het zestigste levensjaar een zorgverklaring opstellen, waaruit duidelijk wordt hoe onze oude dag eruit ziet en hoe dat bekostigd wordt. Bovendien wil de RVZ dat we voorzorgsmaatregelen nemen om langer gezond te blijven, zodat we zo lang mogelijk zelfredzaam zijn. Over open deuren gesproken.
Één voor allen, allen voor één?
Ons zorgstelsel wordt in het buitenland geroemd om haar sociale en verantwoordelijke grondslag. Met solidaire principes zorgen de sterken voor de zwakkeren en heeft iedereen recht op de best mogelijke zorg. Dat is niet langer een optie: binnenkort zijn er simpelweg niet genoeg sterken om de lasten van de zwakkeren op te vangen.
We worden allemaal steeds ouder. Dat komt doordat we langer gezond blijven, maar ook omdat er steeds betere (en duurdere) zorg verleend wordt. Het gros van de mensen ontvangt de meeste (en duurste) zorg in de laatste tien jaar van hun leven. Nu we een gigantische groep ouderen hebben, rijzen de zorgkosten de pan uit. Hoewel de inkomsten binnen de zorg de uitgaven altijd netjes konden dekken, zal daar spoedig een eind aan komen. Er moet dus actie ondernomen worden.
Hoeveel zorg heb je later nodig?
In principe is het geen verkeerd idee om iets opzij te zetten voor de zorgkosten van later en zo de toekomstige generaties niet onnodig te belasten. Je kunt dat vergelijken met ons pensioenstelsel: eenieder ontvangt een basis in de vorm van AOW voor het hoogst noodzakelijke, de rest van het inkomen wordt aangevuld met zelfgespaard pensioen. Het verschil: het is van tevoren moeilijk inschatten voor wie er wanneer welke kosten gemaakt moeten worden. Jaarlijks wordt zo'n zeventig procent van de zorgkosten gemaakt door ongeveer tien procent van de bevolking. Dat gaat om zulke grote bedragen, dat krijg je zelf niet bij elkaar gespaard.
De vraag is dan ook, waar ga je voor sparen? Je wilt niet onnodig veel opzij leggen, het leven is al duur genoeg. Maar… Heb je later wekelijks twee uur zorg nodig, of zes? Ga je jarenlang gebruikmaken van dure medicatie die dan niet langer collectief vergoed wordt? Krijg je hulp van de buren, of is er professionele thuiszorg nodig? Kun je je hele leven zelfstandig wonen? Allemaal vragen waar je nu waarschijnlijk nog geen antwoord op kunt geven. Misschien hoor je bij de tien procent van de mensen die bijzonder veel zorg nodig gaan hebben, meer dan zij zelf bij elkaar kunnen sparen. Wat gebeurt er als je niet voldoende opzij gelegd hebt?
"De regie moet terug naar de patiënt"
Hoewel zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid door verschillende vakbonden en politieke partijen onderstreept wordt, zitten er duidelijk nog flink wat haken en ogen aan het advies. Ouderenbond ANBO is in principe niet tegen het voorstel, maar ziet tegelijkertijd niet hoe een dergelijk systeem kan worden ingevoerd. En waar ook patiëntenkoepel NPCF het advies een goede aanzet vindt voor een discussie over ouderenzorg, zoeken zij de oplossing liever in betere organisatie dan in meer betalen.
Het opstellen van een zorgverklaring rond het zestigste jaar lijkt mosterd na de maaltijd: zelf sparen voor zorgkosten van later zal op jonge leeftijd moeten starten. En het nemen van voorzorgsmaatregelen om langer gezond te blijven staat haaks op recente beslissingen omtrent de eigen bijdrage voor geestelijke zorg en zaken als diëtiek.
Eerder dit jaar introduceerden verschillende financiële instellingen al producten gericht op zorgsparen. In de praktijk komt dit echter neer op een lege huls: een spaarrekening met een ander etiket. Als we echt vorm willen geven aan zorgsparen, dan zullen er randvoorwaarden en motiverende maatregelen ontworpen moeten worden. Bijvoorbeeld door fiscale voordelen en bepaalde verplichtstellingen binnen de voorwaarden van de zorgverzekering.
Één ding is zeker: de zorgkosten zullen de komende jaren alleen maar toenemen. Wie daarvoor het vangnet mag ophouden is vooralsnog onbekend. In het lenteakkoord werd al gespeculeerd over een verhoogd eigen risico (€ 220 in 2012, € 400 in 2013). Mogelijk wordt dat bedrag nog iets naar beneden bijgesteld, maar een forse stijging ligt in het vooruitzicht. De kans is echter klein dat dit afdoende zal zijn om de situatie weer onder controle te krijgen.