Voor zoveelste keer twijfel over Griekse redding
Met nog eens 130 miljard euro eindelijk uit de problemen?

De kogel is door de kerk: Griekenland ontvangt voor de tweede maal Europese steun, dit keer met een prijskaartje van 130 miljard euro. Onlangs kregen de ministers van Financiën van de zeventien eurolanden de plannen rond. Na ellenlang onderhandelen waren zij het eindelijk met elkaar eens en werd overeenstemming bereikt. Voor opluchting was er echter geen plaats. Eerst zien dan geloven!
Voorwaarde voor Europese steun was onder andere dat ook de Europese banken bij zouden springen. Griekenland steunt niet alleen op de bijdrage van de eurolanden en het IMF. Naast het ontvangen van 130 miljard aan leningen van deze partijen, schelden de betrokken banken maar liefst 75 procent kwijt van de leningen die in het verleden aan de Griekse overheid zijn verstrekt. De staatsschuld neemt hierdoor met 100 miljard euro af.
Schoorvoetend akkoord geen verrassing
Voor de politiek, de consument en de belegger is het Europees
besluit om opnieuw steun te verlenen weinig verrassend. Europa kan
zich de ondergang van Griekenland niet veroorloven, niet in de
minste plaats vanwege eventueel andere wankelende landen die
wellicht zouden kunnen volgen. En zonder hulp redden de Grieken het
niet. Sterker nog, het is niet eens zeker dat deze extra steun van
130 miljard afdoende is om Griekenland weer op de rit te
krijgen.
Beleggers sceptisch
Beleggers bleken in ieder geval niet onder de indruk van de
regeling. Het akkoord kon niet voorkomen dat de
aandelenkoersen, na eerdere opleving, daalden. De
steunmaatregelen waren bovendien al verwerkt. Het merendeel van de
beleggers is sceptisch over de regeling. Ze verwachten dat de
Griekse economie de komende jaren nog sterker krimpt dan in eerste
instantie werd aangenomen. Kredietbeoordelaar Fitch gaf Griekenland
een lagere waardering, waarmee wordt aangegeven dat de Grieken weer
een stap zijn gedaald op de ladder van financiële
betrouwbaarheid.
Volop risico's
Het moge duidelijk zijn dat deze reddingsactie behoorlijke
risico's met zich meebrengt. Minister Jan Kees de Jager (Financiën)
stak zijn pessimisme niet onder stoelen of banken, een opvallend
contrast met zijn houding eind vorig jaar. Destijds nog enthousiast
pleitbezorger van Griekse bijstand, noemde hij het akkoord nu 'niet
iets om over te juichen'. Als grootste risico wees hij naar de
slagvaardigheid en wil van de Grieken zelf. Daarbij keek hij terug
op de afgelopen twee jaar, waarin Griekenland voortdurend het
vertrouwen van eurolanden schond door hervormingsbeloften niet te
vervullen. De minister eist dan ook verscherpt toezicht op het
naleven van de gestelde eisen.
Mentaliteitsverandering
Al met al heeft Griekenland nu iets meer tijd om zich bij de rand
van de afgrond uit de voeten te maken. Dit jaar zal er ongetwijfeld
nog sprake zijn van flinke krimp, waarbij de eurozone ervan uitgaat
dat 2013 het jaar van stabilisering wordt. Met de huidige regeling
zou Griekenland in theorie tot 2014 vooruit kunnen, waarna het
vervolgens zelf de draad weer op moet pakken. Tekenend is dat kort
na het akkoord alweer wordt gesproken over het uitstellen van de
Griekse verkiezingen.
Het is tijd dat niet alleen Europa, maar ook de Griekse overheid
zich van zijn beste kant laat zien. Het niet naleven van de eerder
gestelde voorwaarden heeft het Grieks imago geen goed gedaan. De
financiële steun zal geen effect hebben zonder een forse
mentaliteitsverandering. In eerste instantie van de overheid, die
(met behulp van deze financiële bijstand) de economie nieuw leven
in dient te blazen. Vervolgens is het zaak dat de 'gewone Griek'
het oppakt en de schouders eronder zet. Op korte termijn is die
echter drukker bezig met het voorbereiden van
stakingen…