Nieuws

NHG op de bres voor kleine tweeverdieners

Strenge regels gaat zelfs waarborgfonds te ver

dinsdag 22 februari 2011
NHG op de bres voor kleine tweeverdieners

Tweeverdieners met een relatief laag gezamenlijk inkomen moeten net zoveel hypotheekmogelijkheden krijgen als een éénverdiener met dezelfde inkomsten. Daar pleit de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) voor, de partij die de Nationale Hypotheekgarantie verstrekt aan huizenkopers. Nu is het zo dat een éénverdiener soms tot 20 procent meer mag lenen dan een koppel dat samen hetzelfde inkomen geniet. Onterecht, zo vindt de WEW. Al was het maar om de simpele reden dat een koppel meer leefruimte nodig heeft dan een single.

Jaarlijks rekent het Nibud (Nederlands Instituut voor Budgetvoorlichting) uit welk deel van het inkomen aan woonlasten mag worden besteed. Banken gebruiken deze cijfers om te kunnen berekenen hoe hoog een hypotheek maximaal mag zijn als deze wordt afgesloten met hypotheekgarantie. Het Nibud constateerde in 2010 dat een aantal vaste lasten flink gestegen zijn, zoals bijvoorbeeld de zorgverzekering. Gevolg: ten opzichte van 2010 mogen alle huishoudens ongeveer 4 procent minder lenen. Hier geldt echter: hoe lager het inkomen, hoe groter het verlies aan leencapaciteit.

Grens op 23.000 euro
Het wordt vooral vervelend voor stellen waarbij de meestverdienende partner een inkomen heeft dat onder de 23.000 euro per jaar ligt. Als dat het geval is, mag het stel, onafhankelijk van wat de andere partner nog aan extra vast inkomen inbrengt, tot 24 procent minder lenen dan in 2010. De maximale leensom komt dan meestal uit op een bedrag waar in de Randstad amper een garagebox voor te koop staat. Een huis kopen behoort voor hen niet meer tot de mogelijkheden, waardoor ze richting de huursector worden gedwongen. Een sector waarin ze waarschijnlijk te maken krijgen met nog veel hogere lasten omdat ze weer net teveel verdienen om een sociale huurwoning te mogen betrekken.

Voorbeeld: Een alleenstaande man heeft een jaarinkomen van 35.000 euro. In 2010 liet hij bij een onafhankelijk adviseur een offerte maken voor een hypotheek met hypotheekgarantie. Zijn maximale leensom bedroeg destijds 167.000 euro. Onlangs liet hij een nieuwe berekening maken en bedroeg zijn leencapaciteit nog maar 160.000 euro.

Een jong stel heeft een gezamenlijk inkomen van 35.000 euro. Hij verdient 21.000 euro per jaar, zij heeft een part-time baan goed voor 14.000 euro per jaar. In 2010 konden zij nog een bedrag van 160.000 euro lenen voor de aanschaf van een woning, in 2011 is dat bedrag gekelderd tot slechts 129.000 euro.

Regels gelijk trekken
De WEW vindt dat de tweeverdieners hierdoor onevenredig benadeeld worden en gaat in gesprek met het Nibud om te kijken of de regels voor koppels wat te versoepelen zijn. NHG-directeur Karel Schiffer becijferde dat in 2010 ongeveer 6 procent van alle garanties is afgegeven aan mensen die in de hierboven beschreven groep vallen. Een behoorlijk deel van deze groep was alert en kocht in december 2010 op de valreep nog een woning onder de oude leenvoorwaarden, zo valt op te maken uit de cijfers van makelaarsvereniging NVM.

Voor de groepen met een hoger inkomen verwacht Schiffer overigens niet dat zij zich noodgedwongen zal moeten richten op een lagere prijscategorie woningen. Vanwege de dalende huizenprijzen zullen zij volgens hem nog steeds dezelfde woning moeten kunnen kopen. Meer informatie over het veilig aanschaffen van een woning met Nationale Hypotheekgarantie via de digitale antwoordkaart.

Voor een optimale gebruikservaring maakt Wegwijs.nl gebruik van Cookies. Accepteren Meer informatie