“Heeft u kinderen? Dan krijgt u minder!’’
Planbeperken hypotheekmogelijkheden stuit op forse kritiek

Na het pleidooi voor het inperken van tophypotheken zorgt de Autoriteit Financiële Markt (AFM) opnieuw voor onrust op de woningmarkt. Nu zijn ouders met kinderen het 'slachtoffer'. Deze maken meer kosten dan alleenstaanden of gezinnen zonder kinderen. De AFM is van mening dat de maximaal te verkrijgen hypotheek om die reden lager moeten liggen. Een standpunt dat stuit op fors verzet.
Wanneer het plan van de AFM doorgang vindt, kunnen tweepersoonshuishoudens met kinderen in de toekomst minder lenen dan nu het geval is. Voor alleenstaanden of gezinnen zonder kinderen worden de mogelijkheden juist ruimer.
Kritiek van banken en politiek
De plannen vallen niet overal in goede aarde. Met name banken zien geen brood in het voorstel. De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) stelt dat geen nauwelijks een verband zien tussen de samenstelling van huishoudens en het niet kunnen dragen van hypotheeklasten.
Zowel het CDA als de PvDA en de VVD geven aan de gezinssamenstelling niet relevant te vinden voor de hoogte van de hypotheek. Minister de Jager van Financiën stond in eerste instantie positief tegenover het plan. Of de storm aan kritiek ertoe heeft bijgedragen is niet bekend, maar enkele uren later trok hij de steun voor het idee alweer in. Hiermee is de kans beduidend kleiner geworden dat de regelgeving daadwerkelijk wordt doorgevoerd.
Praktische bezwaren
De regeling roept nogal wat vragen op over de situatie in de praktijk. Een groot deel van de starters bestaat bijvoorbeeld uit jonge mensen die als volgende stap in hun relatie samen een huis kopen. In deze startende fase kunnen ze dan ook de maximale hypotheek krijgen. Eenmaal gesetteld, ligt gezinsuitbreiding voor de hand. Na de komst van de nakomeling kan het niet zo zijn dat met terugwerkende kracht het maximaal te verkrijgen hypotheekbedrag wordt verlaagd. Het huis is dan al aangekocht en de hypotheek al beklonken.
Slechte timing
Zoals eerder beschreven, is er op de woningmarkt sprake van een stabilisatie. Desondanks is het aantal verkopen nog laag vergelijken met de periode voor de crisis. Niet voor het eerst komt de AFM met aanvullende regels die het verkrijgen van een hypotheek moeilijker maken. Net nu de woningmarkt uit het dal lijkt op te klimmen, is het beperken van hypotheekmogelijkheden niet bepaald het gewenste duwtje in de rug. Bovendien wordt bij huurwoningen vaak een nog groter deel van het inkomen wordt uitgeven aan de huur van de woning. En daar heeft de AFM weer geen kritiek op.
Uiteraard is het van belang om regels op te stellen die ervoor zorgen dat mensen niet meer aan hypotheek lenen dan ze kunnen dragen op basis van hun inkomen. De AFM maakt zich echter niet populair met maatregelen die in veler ogen hun doel missen en de groei remmen op toch al moeizaam herstellende huizenmarkt. De AFM lijkt zich te verslikken in een idee dat nog voor enig debat alweer de kop wordt ingedrukt.
Dat het hebben van kinderen extra kosten met zich meebrengt staat niet ter discussie. Wel blijkt uit onderzoek dat ouders dit over het algemeen compenseren door op andere vlakken te bezuinigen. Dat er per saldo minder overblijft voor de bekostiging van de hypotheeklasten is dan ook geen vast gegeven.